Vrijdag 25 augustus 2006
reisweg : Lubbeek – Waver – Nivelles – Mons – Valenciennes – Douai – Arras – Doullens – Abbeville – Ault - Le Tréport.
De wekker was gezet om 7.20u maar ons kennende waren we dus wakker voor de wekker ging. Buiten was het een geweldig zeikweer zoals het er al drie weken aan toe ging in België, we waren het al gewoon aan het worden maar plezant was anders. Ik had de vorige dagen nog een reserve reisplan gemaakt voor het zuiden van Frankrijk want waar we naar toe gingen daar waren de weersvooruitzichten ook niet bijzonder, maar in extremis beslisten we dan toch om met de orginele plannen door te gaan en te kijken wat dit bracht we konden achteraf nog altijd van rijrichting veranderen.We vertrokken onder barre omstandigheden richting Waver, want in Brussel zat alles vast en dan nog de werken erbij. Dus ik verkoos een kleine omweg en geen file. Naarmate we Frankrijk naderde klaarde het weer een beetje op. Onderweg deden we de nodige pitstop.
In een piepklein dorpje St. riquier dook uit het niets plotseling een Basiliek op die groter was dan het dorp zelf. De omgeving werdt mooier en mooier en we begonnen te beseffen dat de vakantie begonnen was, zelfs het weer was goed geworden zo een 26gr en veel zon.
Toen we in ault kwamen dook de zee uit het niets op.We parkeerden aan de kerk en gingen onmiddellijk op verkenning. We konden onze ogen niet geloven zo een mooie omgeving en dan nog goed weer er bovenop we waren deze weersomstandigheden niet meer gewoon en waren dus in opperbeste stemming.
Na een goede verkenning gingen we terug naar de MH en vertrokken we richting Le Tréport. Een al even mooi stadje met weeral een verbluffende kust. De MH hadden we achtergelaten op de Stelplaats en dit was ook het eindpunt voor vandaag. We verkenden de stad per fiets. Wat ons wel opviel waren de dure prijzen voor drank op de terrassen, het eten van vis was er goedkoper dan een fruitsapje eigenlijk schandalig maar ja het is vakantie he.
Na de verkenning gingen we terug naar de MH voor te eten en genoten we met een pineaut in de hand van de ondergaande zon.
Eens donker en kouder sleten we de rest van de avond in de MH tot we gingen slapen.
Zaterdag 26 augustus
Reisweg: Le Tréport – Dieppe - D75, D68 van Dieppe tot Veules-Les-Roses. - Veulettes S. Mer - D79 tot Eletot – Fécamp - Yport (d111)tot Etretat - Honfleur (via Pont du Normandie)
's Morgens werden we wakker onder een miezerig wolkendek, het weer was gekeerd maar ondanks de grijze wolken viel de temperatuur goed mee. Na het ontbijt trokken we verder.We volgenden de toeristische route en dit was een aanrader met vele mooie uitzichten.
Onderweg zijn we nog ergens gestopt om te tanken en te winkelen toen we bijna in Fécamp waren was er een wegomlegging via de D79 (langs senniville-sur-fécamp) en zo kwamen we onverwachts aan een kasteel ( dat als hotel restaurant diende ) met daarachter een militaire vuurtoren. De uitzichten van onze wandeling daar waren meer dan de moeite met een overweldigende uitkijkpost een echte aanrader.
Hierna bezochten we Fécamp, het strand was de moeite maar de binnenstad lag er wanordelijk en vuil bij.
Na ons bezoek trokken we verder richting Etretat. Wat ons in Etretat opviel was dat we er met de MH nogal redelijk ver moesten vanaf staan. Maar de fikse wandeling werd al snel vergeten als we het zicht op de kliffen bekeken.
Na ons bezoekje besloten we richting Honfleur te trekken waar ons eindpunt van de dag lag. Toen we Le Havre in reden ( richting la plage) keken we de ogen uit ons hoofd zo een grote stad en een zeer mooi strand vol surfers.
En daar gingen we dan richting Pont du Normandie (de brug er voor was ook de moeite). Na de tol van 5 € gingen we erover en dit was zeer plezant. In Honfleur gingen we naar de stelplaats maar deze viel ons tegen, we bezochten nog een andere maar daar bleven we ook niet. We hebben dan maar besloten van aan de bezoekersparking van de Pont du Normandie te gaan staan waar het zeer rustig en aangenaam was. Na het eten en een drankje nog wat onnozel gedaan en dan zijn we gaan slapen.
Zondag 27 Augustus
Reisweg : Honfleur - Deauville ( via de Côte de Fleuri) – Houlgate - Cabourg - Quistreham – Riva-Bella- Hermanville-sur-mer.
's Morgens bij het ontwaken ben ik eerst de Pont du Normandie opgewandeld, dit is echt de moeite eens waard maar je moet er wel wat voor stappen. Het vrouwtje bleef in de MH. Na het ontbijt reden we Honfleur binnen om dit te verkennen. Honfleur is de moeite om eens te bezoeken met zijn kleine straatjes, mooie huisjes en gebouwen, haven, enz...
Er zijn ook een paar tuinen die de moeite zijn om te bezoeken.
Tevens was er die dag een sportevenement bezig namelijk “ le raid du Côte de fleurie” en daardoor was het er ook redelijk druk. Zelfs zonder dit evenement zal het er redelijk druk zijn dus het is een aanrader om het s' morgens te bezoeken en zo de grootste drukte te vermijden.
Daarna reden we door via de route Côte de Fleurie richting Cabourg. Onderweg stopten we nog ergens om te winkelen en te eten waarna we richting Riva-Bella trokken. We stopten op een camping in hermanville-sur-mer en zetten er ons op. De fietsen werden uitgehaald en het ging via de kustlijn terug naar Quistreham.
Eenmaal terug was het bbq time. De nodige was en plas werd ook gedaan en daarna lekker luieren tot we ons bedje introkken.
Maandag 28 augustus
Reisweg: Hermanville-sur-mer - Grandcamp Maisy - Saint-lô – La Chapelle Enjuger
Onder een miezerig wolkendek verlieten we Hermanville sur mer, vandaag gingen we de landingsstranden verder verkennen en op het eind van de dag zouden we al verder afgezakt zijn naar Mont-Saint-Michel. Deze weg via de stranden was kwestie natuur een minder mooie weg om te volgen. Juist voor Longues-sur-Mer stopten we om de restanten van de toenmalige kunstmatige haven te bewonderen.We kwamen ook voorbij verschillende musea maar aangezien we geen musea fanaten zijn en er in de meeste musea verschillende dingen terugkomen die we al ervoor in andere musea gezien hadden werden deze door ons niet bezocht, maar voor leken zijn deze musea hoogst interessant. In Longues-sur-Mer zijn we naar de chaos batterij gaan kijken.
Na de batterij bezocht te hebben reden we door naar pointe du hoc waar de amerikanen een moedige en wanhopige aanval leidde. Ondertussen was het weer veranderd in een mooi zonnetje met een beetje wind.
Hierna reden we richting Saint-Lô we gingen deze grootstad nog eens even bezoeken voor we ons in de buurt bij een france passion boer nestelden. Saint-Lô is zoals een stad uit de duizend, het enige wat echt de moeite waard is, is het bezoek aan de middeleeuwse wallen en een paar kerken. Voor de wallen te bezoeken parkeer je je het best aan het station waar MH parking voorzien is en dit is ook rechtover de wallen.
De kerken zijn er mooi, maar spijtig genoeg in slechte staat door erosie.
Hierna reden we door naar La chapelle-enjuger om bij de FP boer nog wat te relaxen en te overnachten. We hadden daar direct bezoek van de katten die bij de MH kwamen spelen ( de boer was met verlof maar de mensen die naar de beesten kwamen kijken zeiden dat het geen kwaad kon dat we daar stonden, dus hadden we het rijk voor onszelf)
ook was er een groot varken ( charité genaamd) dat je eigenlijk al geen varken meer kon noemen.
Dinsdag 29 augustus
Reisweg : La chapelle-Enjuger – Agneaux – Percy – Avranches – Pontaubault – Mont-Saint-Michel – Saint-Georges-de-Greaigne – Le-Vivier-sur-Mer – Saint-Malo – Nicet.
's Morgens werden we wakker onder een vieze grijze hemel en de watersluisen stonden open. De meteo France had het voorspelt het zou vandaag de slechtse dag van de week worden. We vertrokken in dit weer richting Mont-Saint-Michel. Aan de Mont plaatsen we ons op de parking en gingen dit bezoeken. De Mont is een prachtig staaltje van de oude bouwheren zoveel eeuwen geleden, echt de moeite om te zien.
Eens binnen deed de bouwstijl zichzelf eer aan, piepkleine straatjes die krullend naar boven gingen vol geplaveid met winkeltjes, restaurants en bars en hier deed de Mont zichzelf de das om. De sfeer van weleer was zo gecommercialiseerd dat het geen naam meer had, goed voor de modale toerist maar slecht voor de cultuur snuivende toerist. Echt jammer want het is een echt kunstwerk.
En dan zwegen we nog van de prijzen. Hier proberen ze zoveel uit de toeristen te persen als mogelijk ( je mag ze natuurlijk geen ongelijk geven), een vb 8€ MH parkeren 24u, 8€ p/p voor abdijbezoek, 8€ p/p voor de bijhorende musea over de geschiedenis. Dus je kan al wel onmiddellijk zeggen dat je hier wat eurootjes achterlaat (maar ons niet gezien hoor). Maar het is wel een bezoekje waard.
Hierna vertrokken we richting Saint-Malo.
Onderweg naar Saint-Malo reden we langs de toeristische route ( St.-Malo La côte). In Nicet (rand St.-Malo) besloten we op de camping te gaan staan. Deze is gelegen langs de klippen en heeft een prachtig uitzicht te bieden. De fietsen werden van stal gehaald en St.-Malo werd bezocht. Een mooie stad met verschillende bezienswaardigheden, zoals de haven, de ommuurde stad met zijn mooie intacte en bewandelbare wallen, het slot, de stranden, de uitstekende vuurtoren met zicht op Dinard echt de moeite om te bezoeken.
Na het bezoek werd de bbq uitgehaald en werd er nog gesmuld als echte Bourgondiërs om daarna van de zonsondergang te genieten.
Hierna werd er nog wat dvd gekeken vooraleer te gaan slapen.
Woensdag 30 augustus
reisweg : Nicet – Saint-malo – Ploubay – Matignon – Cap Frehel – Sable-d'Or-Les-Pins – Erquy
's Morgens werd eerst Saint-Malo nog eens bezocht maar deze keer zonder fiets. Het is een stad die veel moois te bieden heeft hier keren we gegarandeerd in de toekomst nog eens terug.
Rond de middag reden we door richting Cap Frehel. Eens daar aangekomen zetten we ons op de parking en het bezoek was meer dan de moeite, de natuur is er wondermooi met vergezichten die ongelofelijk zijn.
Na het bezoek werd er een stelplaats gezocht aan gezien je aan de Cap niet mag overnachten. De plaats werd Erquy, de stelplaats lag op 100m van de zee dus dat werd eerst nog een strandwandeling en een duik in de Atlantische Oceaan.
Dan nog eten en wat nakeuvelen ( of ons bezatten zoals sommigen het wel noemen ) en dan lekker vast slapen.
Donderdag 31 augustus
Reisweg : Erquy – Saint-Brieuc – Loudeac – Pontivy – Lorient – Larmor Plage.
Na het ontbijt reden we volgens plan naar de andere kant van Bretagne. Onderweg kwamen we glooiende valleien en dalen, mooie meren en talrijke bossen tegen. Ook het binnenland van Bretagne is meer dan de moeite waard, er zijn tevens genoeg staanplaatsen. Zelfs bij boeren die niet in de FP gids staan. Een echte aanrader voor de mensen die minder van de kust en meer van gewone natuur houden. Eénmaal in Larmor-plage aangekomen zetten we ons op de stelplaats en daar bleven we de rest van de dag. Eerst kwam de strandwandeling en de verkenning van het dorpje eraan en daarna lekker luieren en zwemmen aan de plage die zich op 30 sec loopafstand bevond.
Als we uitgeluierd waren dan was de nodige was en plas aan de beurt, het eten en nog wat nagenieten van de luie dag op het strand.
Vrijdag 1 september
Reisweg : Larmor-Plage – Lorient – Merlevenez – Carnac – Quiberon
Na een grondige scheerbeurt en douche waren we weg, we gingen Quiberon verkennen gelegen op een klein eilandje van 14 km lang ( Presqu'ile de Quiberon genaamd ) verbonden door een strook van ongeveer 300m breed waar de weg overliep. Onderweg kwamen we al Megalieten tegen in Kerzerho.
Na de bezichtiging was het verder richting Presqu'ile de Quiberon, al bij het inrijden zagen we al dat dit iets speciaal was. In het stadje Quiberon was het ontzettend druk, we parkeerden ons aan de achterkant van het station ( waar plaats genoeg was en geen drukte) en waar je 4u gratis mocht staan. Aan de toeristische dienst vertelden ze ons waar er een stelplaats was. Namelijk in Kerne zo een 2 km verder dan de stad. Dus éénmaal terug aan de MH repten we ons naar daar. De fietsen werden uitgehaald en het eiland werd verkent.
De plaats waar de MH stond was dan nog het mooist van allen, het was aan de côte sauvage.
's Avonds liep de stelplaats vol en werd er duchtig tegen elkaar op geronkt.
Zaterdag 2 september
Reisweg : Quiberon – Carnac – Auray – Vannes – Muzalic – Arzal – Camoël – Asserac – Saint-Molf – Piriac-sur-mer – La Turballe.
Na het ontbijt trokken we naar de markt in Quiberon. Ze was toch anders dan bij ons, zo kon je bv zien dat de groenten ( zoals wortelen ) vers uit de grond waren. Niks was echt gekuist zoals bij ons de wortelen, aardappelen en kolen waren nog vuil. Ze verkopen er ook niet zoals bij ons hamburgers maar wel Bretoense pannenkoeken en wafels. En zo waren er nog wel verschillen.
Eens terug aan de MH was het inpakken en wegwezen naar Carnac. Carnac op zich is niet zo interessant om te bekijken, de plages zijn ok maar niet overdreven. Hetgeen wat wel de moeite is om te bezoeken in Carnac zijn de talrijke dolmen, menhirs en megalieten wel drieduizend in totaal in de omgeving van Carnac.
Eens het bezoek afgerond was het richting Piriac-sur-mer. Het zag er op de kaart toeristisch uit en daarom de keuze om langs daar te rijden. Er zijn ook grote plassen (in de zelfde vorm als rijstvelden ) waar ze zout ontginnen. De natuur is er ook mooi maar we waren al zo verwend i.v.m. natuur dat wij het minder mooi vonden. Maar het is zeker een bezoekje waard als je in de buurt bent.
Er waren genoeg stelplaatsen in de buurt, maar daar was steeds veel volk. En dus verkozen we van op camping te gaan en de rest van de avond eens lekker niks te doen buiten een wandeling en de MH wat opkuisen. Het seizoen was gedaan en de camping was voor meer dan ¾ leeg dus meer dan rust genoeg voor ons.
Zondag 3 september
Reisweg : La Turballe – Maisons-Brulees – Kerignon – Kervalet – Le Croisic – La Baule – Saint-Nazaire – Paimboeuf – Nantes – Vertou – Boire-Courant – Champtoceaux – Oudon.
Toen we s' morgens vertrokken stopten we eerst nog bij de bakker in het centrum van La Turballe. We beslisten om de toeristische route langs de zoutvelden te doen. Het wegje slingerde van links naar rechts, onderweg stopten we ook nog bij het museum.
Eens de toeristische route gedaan was het richting Saint-Nazaire geblazen. Eens ginder stopten we in de haven bij de Duitse onderzeebasis uit WOII. Hier waren de droogdokken gevestigd van de u-boten en werden torpedo's geproduceerd.
Op het uitkijkpunt van de onderzeebasis kon je de pont de St.-Nazaire zien liggen in de mist, er wordt van gezegd dat ze de langste brug van Frankrijk is. Helaas was ze door de mist niet in haar volle glorie te bewonderen.
Het oprijden van de brug was zeker zo speciaal als de pont de Normandie waar we verleden week nog over tuften.
Eens St. Nazaire uit gingen we richting Nantes langs de Loire.
Nantes was een grootstad waar je bij ons geen gelijke van vindt ik reed nog liever rond in Brussel of Antwerpen.
Dit ging er door men hoofd toen we in Nantes rondreden. Al gauw beslisten we om terug uit Nantes uit te rijden en richting Vertou te gaan naar een France Passion boer.
In Vertou aangekomen waren we wel teleurgesteld een scheef miniplaatsje was aangegeven voor op te staan je kon er met moeite je kont draaien, plaats voor 5 MH stond er in het boekje maar ze waren er vergeten bij te zetten dat het voor matchboxen was. De beslissing was snel gemaakt en we reden dan maar richting Oudon aan de Loire waar er zich ook een FP boer bevond.
Toen we daar aankwamen was er niemand thuis maar de pijltjes wezen naar achter dus plaatsten we ons op het aangegeven terrein. En wat een omgekeerde wereld hier stond in het boekje dat er maar 3 MH konden staan ,maar in werkelijkheid konden er daar nog makkelijk drie bij. Eens geïnstalleerd deden we onze avondwandeling.
Toen we terug waren van de wandeling was de wijnboer juist thuisgekomen en we raakten meteen aan de praat. Zijn broer was een fervent mountainbiker en zei me dat er mooie routes aan de Loire in Oudon lagen ( die zou ik de dag erachter zelf zien en ze zijn de moeite). We mochten als we wilden langer dan een dag blijven (zoals in het boekje vermeld stond ) hij vond dat niet erg (je kan er je wc cassette en afvaltank ledigen en water bijtappen). Al gauw ging de cave open ( het was eigenlijk zijn sluitingsdag ) en raakten we aan de wijn. We kwamen er buiten met flanellen benen, we hadden er van al zijn wijnen geproefd.
Toen we naar de MH trokken gaf hij nog een begonnen fles mee die we nog leegdronken voor we gingen slapen. En ik kan je vertellen dat we goed geronkt hebben.
Maandag 4 september
Reisweg : Oudon – Champtoceaux – Montjean-sur-loire – Béhuard – Angers – Daguenière – Les Rosiers-sur-Loire – Gennes – Saumur.
Nadat we 's morgens eerst nog een voorraad lekkere wijn aankochten waren we weg naar Angers.
We dachten eerst nog in het Kasteel van Clermont te stoppen ( dat van Louis de Funés geweest is en waar een gedenkplaat van hem zou staan maar dat deden we niet ). De Loire gaf onderweg toch wel een paar mooie plaatjes.
In Angers was het ons veel te druk en teveel grootstad aldus was de weg snel verder gezet richting Saumur. Hetgeen wat ons wel ergerde aan de Loire was het gebrek aan de juiste weg aanduidingen. Eens in Saumur vestigden we ons op de camping waar we de rest van de dag niet veel meer uitstaken buiten eten en zwemmen in het zwembad. Het was er dan ook pokkewarm.
's Avonds heb ik me wel beziggehouden met wat nachtfoto's.
Dinsdag 5 september
Reisweg : Saumur – Fontevraud-l'Abbay – Chinon – Tours – Montlouis-sur-Loire.
Toen we 's morgens van de camping reden parkeerden we ons nog eerst aan de brug van de Loire om Saumur te bezoeken, want dit hadden we nog niet gedaan.
Saumur bestaat uit een modern en oud gedeelte als je op het plannetje van de toeristische dienst de rode pijltjes volgt dan doe je de oude stadsgedeelten en het kasteel aan.
Na het bezoek reden we richting Chinon ook een middeleeuws aandoend stadje met zeer smalle steegjes. De MH lieten we achter op het Jean d'Arc plein. En inderdaad Chinon is een stop waardig met zijn mooi kasteel en speciale straatjes.
Als het bezoek afgerond was dan vertrokken we richting Tours. We zouden er bij een Wijnboer gaan staan in Montlouis-sur-Loire, een stadje juist naast Tours. Wat ons in Tours opviel was de grote getale zigeuners die overal zowat uit het niets kwamen, en de vuiligheid in hun kampementen was eigenlijk mensonwaardig niet te geloven. Eens bij de wijnboer aangekomen plaatsten we ons en genoten nog van de avond ( het was om 22.00u nog steeds 25gr buiten).
Woensdag 6 september
Reisweg : Montlouis-sur-Loire – Amboise – Blois – Orléans – Châteauneuf-sur-Loire.
Toen we ingepakt hadden gingen we eerst nog naar de wijnboer dag zeggen en zijn wijn proeven natuurlijk.
Nadat hij zijn kelder had laten zien zaten we 's morgens om 10.30u al van de wijn te drinken ( straks denken ze nog dat we alcoholiekers zijn). We waren zeer verrast van zijn wijn ze waren heel goed en ze waren van de kleinste appellatie van Frankrijk en dat maakt ze zo al bijzonder, en de smaak mocht er ook wezen ( appellation Montlouis-sur-Loire).
Dus we wandelden er zomaar even met een 12-tal flessen buiten (sec, moulleux en doux) en zo hadden we samen met de vorige lichting toch een beetje voorraad bij ( je weet maar nooit wanneer ik grote dorst moest hebben). In Blois stopten we en gingen de stad verkennen. Een zeer mooie stad met heel wat bezienswaardigheden, zoals de straatjes, de kerk, de abdij, de Kathedraal en zeker niet te vergeten het kasteel dat ooit van de koninklijke familie is geweest.
Na het bezoek trokken we verder, en langzaam maar zeker zochten we een staanplaats. En die vonden we aan een camping met speciale tarieven voor MH's vlak naast de Loire. Na de plaatsing eerst wat zonnen en in de Loire zwemmen (daarna douchen natuurlijk) en eten. En voor de rest nog van de zwoele avond genieten.
Donderdag 7 september
Reisweg : Châteauneuf-sur-Loire – Saint-Péré-sur-Loire(via D60 en D119) – Ouzouer-sur-Loire – Gien – Briari – Neuvy-sur-Loire – Saint-Amand-en-Puisaye – Saint-Saveur-en-Puisaye – Auxerre – Troyes – Arcis-sur-Aube.
Na het ontbijt reden we verder langs de Loire we kwamen langs pittoreske dorpen en mooie stadjes. De dorpen waren langs deze kant mooier dan aan het begin van de Loire.
In Neuvy-sur-Loire verlieten we de Loirestreek om op een ander tijdstip hier terug aan te vangen.
Onze volgende stop was de middeleeuwse bouwwerf van Guedelon tussen Saint-Amand-en-Puisaye en Saint-Saveur-en-Puisaye.
Guedelon is een project van een historicus die een kasteel terug wou opbouwen op de middeleeuwse manier, de bouw is gestart in 1997 en het einde is gepland in 2025.
De site is in praktijk zeer indrukwekkend en zeker een bezoek waard. Je hebt er de opbouw van het kasteel en de toehorende ambachten zoals de steenkappers, de mortelmakers, de houtbewerkers, de smederij, en nog tal van andere dingen.
Guedelon brengt je echt terug in de tijd van toen, natuurlijk uit veiligheidsvoorwaarden (verzekering, reglementatie in de bouw) zijn ze verplicht om veiligheidsschoenen en veiligheidsbrillen te dragen evenals de gekeurde katrollen om gewichten te slepen.
Maar dit is en blijft nu éénmaal de hedendaagse tijd met al zijn reglementatie die van kracht is en als je je hierover kan zetten dan zie dat deze mensen een huzarenstukje aan het neerzetten zijn. En dat er veel MH'ers dit bezoeken dat kan je wel zeggen.
Hierna reden we verder, de tocht naar huis werd ingezet de vrouw begon heimwee te krijgen en alles wat op het programma stond hadden we gedaan. Dus met spijt in het hart zette ik koers richting België ook al had ik er nog zin.
Onderweg stopten we in Arcis-sur-Aube voor de overnachting.
Vrijdag 8 september
Reisweg: Arcis-sur-Aube – Chalons-en-Champagne – Suippes – Tourcelles – Chaumont – Vouziers – Stenay – Mouzon – Sedan – Bouillon – Herbeumont.
's Morgens al vroeg wakker en nadat we de bakker bezocht hadden gingen we naar de plaatselijke markt waar we na 5 minuten al over waren, zo groot was hij. Na de nodige inkopen waren we weer weg.
In de buurt van Suippes kwamen we het ene militair kerkhof na het andere tegen allen uit de eerste wereldoorlog.
Er was ook een monument opgericht. De uitzichten begonnen ook weer mooier te worden we kwamen dichter tegen de ardennen aan.
We maakten een omweg langs de Maas om de streek eens te verkennen en inderdaad ze mocht er zijn.
We stopten onderweg nog in Boullion om de benen te strekken. Het was er zeer stil je zag dat het seizoen gedaan was.
Daarna reden we naar Herbeumont om ons daar te installeren voor onze laatste nacht van de vakantie.
Voor het slapengaan hebben we nog een wandeling gedaan naar de middeleeuwse ruïne.
Zaterdag 9 september
Reisweg : Herbeumont – Bertrix – Champlon – Namen – Leuven – Lubbeek
Vandaag werd de laatste tocht ingesteld richting thuis. Er werd nergens meer gestopt. Éénmaal thuis was het eerst effe rusten en dan werd de kuis ingezet van de MH.
De reis naar Frankrijk was zeer tof en voor herhaling vatbaar, de natuur op sommige plaatsen was fenomenaal en verschillend van streek tot streek ongelofelijk die variëteiten. Maar toch heeft Frankrijk niet ons hart gestolen zoals het dat bij menig landgenoot wel gedaan heeft.
Aantal afgelegde km's : 2428km
Klik hier voor het overzicht van onze grote trips
Normandië, Bretagne en Loirestreek 2006
-
- Beheerder
- Berichten: 338
- Lid geworden op: 05 dec 2023, 19:49