Afstand : 206 km
Reisweg :
Lubbeek - Boutersem (E40) – Tienen – Jodoigne –Namen (E411 richting Arlon ) – Tellin (Afrit 23a) – Bouillon – Stenay (D964) – Dun sur Meuse.
Na het werk was het eindelijk zover, ons jaarlijks verlof kon van start gaan. Dit jaar hadden we gekozen om terug eens richting Zuid-Frankrijk te gaan.
We hadden ons daar verleden jaar zeer goed geamuseerd en we wilden nu eens de richting van de Cevennes en de Dordogne gaan verkennen.
De aanhangwagen werd aangekoppeld en rond 19u begonnen we onze eerste etappe richting Dun sur Meuse. Iets na 22u kwamen we daar aan en installeerden we ons op de camperplaats. Het vrouwtje kroop vroeg haar bed in en ik werkte aan men verslagje vooraleer ik ging slapen.
Zaterdag 11 juni
Afstand : 313 km
Reisweg :
Dun sur Meuse (D964) – Verdun (D603) – Bar le Duc - St.Dizier (D635) – Giffaument Champaubert – Montier en Der (D400) – Brienne le Chateau (D396/D619) – Bar sur Aube (D396/D965) – Chatillon sur Seine (D980) – Montbard (D905) - Venarey les Laumes (D954) – Semur en Auxois
We stonden ’s morgens op onder een stralende zon. Het was wel bewolkt maar het viel al bij al goed mee. Na het ontbijt en een frisse neus waren we weg richting Lac du Der. We wilden er de fietstocht rond het meer doen van 38km die we verleden jaar hadden moeten laten schieten wegens de regen. Naarmate we Lac du Der naderde werd het wel bewolkter maar het weer viel al bij al nog goed mee.
Toen we aan Lac du Der aankwamen dan stonden er wel een paar honderd moby’s op de camperplaats en de omliggende parkings. Wat was dat zeg, men zag dat de Fransen een verlengd weekend hadden. We wurmde ons ergens aan de kant en aten eerst ons middagmaal. Daarna gingen we eerst eens rondkijken voor een beter plaatsje, maar algauw kwamen er gitzwarte wolken opzetten en kwam de regen er met bakken uit, we moesten lopen om niet zeiknat te worden. Het weer was helemaal omgeslagen en was nu dus zeer wisselvallig geworden.
Het fietstochtje dat we verleden jaar langs onze neus zagen voorbij gaan wegens de regen ging dus dit jaar ook aan onze neus voorbij.
We hadden geen zin om de ganse namiddag in de moby te blijven hangen en we besloten dan maar verder te rijden. Elke afgelegde km bracht ons meer naar het zuiden en dat fietstochtje zouden we ooit wel eens kunnen doen zeker……. Wanneer de hemelsluizen het ons gunnen natuurlijk.
Rond 16u keken we uit naar een slaapplaats, we hadden genoeg gereden de rest was voor morgen. We plaatsen ons aan het stadje Semur en Auxois een zeer mooi middeleeuws stadje.
Bij toeval kwamen we daar ook vrienden tegen die we al lang niet meer hadden gezien. Het was een plezant weerzien en samen gingen we na ons avondeten het stadje verkennen .
Natuurlijk eindigde het stadsbezoek op een terrasje en deinde het later uit naar de moby met een goed pint in onze handen, en alvorens we het besefte was het al bijna middernacht en gingen we slapen.
Zondag 12 juni
Afstand : 206 km
Reisweg :
Semur en Auxois(D970) – Pouilly en Auxois (D981) – Autun (D981/D994) – Digoin (D982/D482) – Roanne – Villerest
’s Morgens sliepen we uit en na het ontbijt namen we afscheid van de vrienden en werd onze weg vervolgd naar het zuiden. De wolken dunde uit en tegen 14u waren we ter plaatse in Villerest. Wat een mooi zonnetje met bijhorende warmte kregen we hier voorgeschoteld. De stelplaats gaf een schitterend uitzicht over het stuwmeer.
Na installatie genoten we eerst een tijdje van het zonnetje, daarna wandelde we via de oever naar de plage om een ijsje te eten.
Na het ijsje wandelde we via de oever naar de stuwdam en wandelde er over.
Nadat we de stuwdam hadden verkent gingen we de heuvel op om het historisch gedeelte van Villerest te bezichtigen. Dit was echt de moeite waard om de heuvel eens op te wandelen.
De rest van de avond zaten we aan de moby tot het een beetje begon te overtrekken en het zeer lichtjes druppelde. Daarna begaven we ons binnen en keken nog een filmpje.
Maandag 13 juni
Afstand : 200km
Reisweg:
Villerest (N7/N82/D1082/A72) – St.Etienne (D201/N88) – Le Puy en Velay (N88) – Langogne
We stonden op onder een bewolkte hemel en na het ontbijt waren we weg richting Langogne.
We stopte boven nog even om op de belvedere van het panoramisch zicht te genieten over de Lac de Villerest.
Iets na le Puy veranderde het weer drastisch en kwamen we in hevige regenval terecht. Nadat we Langogne bereikte en ons geïnstalleerd hadden op een asci-camping hield het op met regenen en was het zwaar bewolkt met af en toe een streep zon.
Het uitzicht van op de standplaats was weer de moeite waard.
In de namiddag gingen we een wandeling doen richting het stadje Langogne en een stukje langs het meer van Naussac.
In het stadje waren een paar mooie dingen te zien maar buiten die paar zaakjes viel het stadje toch wel tegen.
Na het stadje wandelde we naar het eerste gedeelte van het meer, wat wel zeer knap was.
Na de stuwbrug lag het grootste deel van het meer.
Toen we terug aan de moby waren bekeken we eens wat we gingen doen want we hadden aan het toeristisch bureau een weliswaar oud weerbericht gezien (van vrijdagavond). Volgens dat weerbericht was het morgen redelijk tot goed en overmorgen heel goed, daarna terug wisselvallig.
We wilden dit checken op het net want dan hadden we accurater zicht op het weer maar het wifi alsook het internet aan de balie werkte niet meer. De installatie werkte niet meer sinds vrijdag en aangezien het ook in Frankrijk een feestdag was vandaag werd het pas ten vroegste morgen gemaakt.
Normaal hadden we morgen een motortochtje voorzien langs de col du Meyland, maar aangezien we dus geen zekerheid hadden over het weer en de Cevennes een hoofddoel was besloten we van morgen naar Florac te rijden (90 km verderop) en daar op een asci-camping te gaan staan. Zo konden we met de motor de komende zonnige dagen de Gorges du Tarn en de Gorges de la Jonte doen met de motor omdat die toch voorrang had op de rit van vandaag. En zo konden we ginder blijven zolang het goed weer was, en pas doorrijden naar waar de zon scheen indien het toch terug zou verslechten. We zouden wel zien, als we de recente weerkaarten in Florac zouden kunnen inkijken.
De avond brachten we door met een filmpje.
Dinsdag 14 juni
Afstand: 87km
Reisweg:
Langogne – Mende (N88/N106) – Florac
Toen we opstonden was het alweer grijs en zwaar bewolkt. Het was fris en regenachtig. Pffffff moesten we daarvoor naar het zuiden komen.
Langogne zelf was niet spectaculair, het meer van Naussac waar we stonden was wel de moeite waard maar enkel bij goed weer kun je hier aan je trekken komen.
We pakten alles in en zette koers naar Florac in de Cevennes, ergens moesten we toch in de zon terechtkomen en ja hoor nog dik voor Mende sloeg het weer helemaal om en werd het zonnig en warm. Yes dat hadden we nodig.
In Florac zette we ons op de camping “Pont du Tarn”
Na installatie was het eerst dik genieten van de zon en na de middag gingen we Florac bezoeken. Het was geen mis stadje met enkele winkeltjes, terrasjes en resto’kes, bezienswaardigheden en een kleine burcht.
Rond 17u waren we terug en werd het zwembad opgezocht. Gewoonweg zalig.
De rest van de avond was het BBQ-time en buiten genieten van de avond.
Woensdag 15 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
Na een stevig ontbijt werden er nog snel enkele klusjes gedaan en rond 11u waren we weg met de motorfiets, we hadden sinds februari de luxe dat we deze konden meenemen met de aanhangwagen en het was dus het eerste groot verlof waarop we hem meenamen.
In Florac reden we onmiddellijk langs een spectaculaire weg naar de causse de Mejean, vanwaar we geweldige uitzichten kregen voorgeschoteld. ( verboden voor MH, caravans en vrachtwagens)
Via de afdaling naar Montbrun kwamen we in de Gorges du Tarn terecht.
Een mooi en bochtig parcours werd ons voorgeschoteld en het natuurschoon was subliem. Ik had echt moeite om men ogen op de weg te houden. We deden het kalmpjes aan zodat ik toch kon zien wat er zich rondom mij bevond.
We hielden halt in "Sainte Enimie" een beeldschoon middeleeuws stadje.
Na een terrasje reden we terug door. De ene keer wat smaller dan de andere keer maar steeds mooi en de moeite om door te rijden, zeker met de motor. Met de Motorhome zou het ook te doen zijn maar soms was het toch wel echt smal en met veel uitstekende rotsen en dat zou dan teveel stress opleveren.
We gingen even van de de Gorges weg om naar het Point Sublime te rijden, en inderdaad we kregen hier een subliem uitzicht over de Gorges du Tarn, gewoonweg prachtig. Ook het bochtenwerk naar boven was weer zalig om te doen met de motor.
Hierna reden we terug naar beneden om de Gorges du Tarn tot op het eind te volgen, de volgende Gorges kwam aan de beurt namelijk de Gorges de la Jonte.
Iets minder mooi dan die van de Tarn, maar toch ook wel de moeite hoor. Enkel de weg lag er iets hobbeliger bij en in sommige haarspeldbochten was de beton aan het smelten door de warmte, dus dat was opletten geblazen.
In Meyrueis hielden we terug halt om het stadje te verkennen, minder mooi dan Ste Enimie maar toch de moeite om eens te stoppen.
Na Meyrueis kwam de Col de Prejuret aan de beurt. De Uitzichten deden ons likkebaarden en de motor steigerde van plezier bij het plezante bochtenwerk dat we hier voorgeschoteld kregen.
Voor we het wel en goed besefte stonden we terug op de camping in Florac na 152 wonderbaarlijke km’s. Wat een pracht en praal die natuur van de Cevennes.
Voor de mensen die deze tocht met de motorhome willen doen moet er wel gezegd worden dat men moet rekening houden met soms wel echt smalle doorgangen en uitstekende rotsen. Zeker bij tegenliggers zal een vloek en een zweetdruppel spontaan komen opzetten en dat je grotere tegenliggers krijgt dan een andere motorhome bewijst de volgende foto je wel.
De Gorges du Tarn in wijzerzin doen zal je minder stress opleveren met de overhangende rotsen.
De GPS-log en route van deze tocht kan je op G-Ti vinden.
’s Avonds genoten we nog van een lekkere flute en een wijntje aan de moby en waren we in gedachten verzonken aan al het schoons van vandaag.
Donderdag 16 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
Vandaag deden we het wat rustiger aan.’s Morgens gingen we winkelen en voor de rest genoten we wat van de zon. Rond de middag overtrok het wat en was er kans op regen.
De temperaturen zaten goed en we maakten ons klaar voor een wandeling over de Mont Lempézou.
Het zou een wandeling zijn van 10km, aangezien we vanaf 520m vertrokken en we moesten stijgen tot 900m was het een felle klim. Het was wel overtrokken maar we hadden geluk regenen deed het niet. Tijdens de klim konden we ook genieten van geweldige uitzichten.
Op de plateau zelf was het ook de moeite waard.
Al gauw werden de remmen van de beentjes getest want bij een steile klim hoort vanzelfsprekend ook een felle afdaling.
In Bédouès hielden we halt voor een pastis en daarna ging het langsheen de Tarn terug richting Florac.
Eénmaal aan de camping was het terug relaxen en een duik in het zwembad hoorde er natuurlijk ook bij.
Klik op G-Ti om de GPS-track van de wandeling te downloaden.
De rest van de avond deden we niet veel dood en toen het buiten afkoelde keken we nog wat tv alvorens we gingen slapen.
Vrijdag 17 juni
Afstand : 0km
Reisweg: Geen
Na het ontbijt werd de motor weer klaargezet voor een ritje van +/- 170km doorheen de Cevennes.
Rond 10.30u waren we vertrokken. Onze rit ging eerst over de Corniche des Cevennes, mooie wegen en ditto bochtjes boden zich aan. De weg was breed en er kon goed doorgereden worden. (Ook met de moby is deze weg een aanrader en zonder probleem te doen. De Corniche is een zeer bosrijk gebied.
In St. Jean du Gard gingen we het stadje verkennen, dit is tevens het vertrekpunt van de stoomtrein van de Cevennes.
Na een deugdoend terrasje waren we alweer onderweg. Al snel doken we een wegje in en bevonden we ons op de Col de l’Asclier. Ongelofelijk mooi was het hier, je wist niet waar eerst kijken.
De Col de l’Asclier is echt de kers op de taart maar niet voor iedereen geschikt. Hier geraken amper twee auto’s langs elkaar (op 80% van de weg zelfs dat niet) en de hoogte is ook beperkt tot 2m70.
Maar of je nu met een kleine auto, motorfiets, scooter, buggy, (getrainde) fietser of wandelaar bent dit moet je echt doen. Het zal je met verstomming verbazen. Het is ook een pas waar je op je gemak moet doorrijden want anders krijg je gegarandeerd problemen.
Na de Col stopten we in Valleraugue voor een wandeling. Wederom een pracht van een dorpje.
Natuurlijk deden we daar ook eerst een terrasje voor we terug vertrokken.
Nu kwam de Mont Aigoual en zijn weerstation aan de beurt. Brede en zeer bochtige wegen slingerde ons naar omhoog. Het werd ook voelbaar frisser en windiger. We zaten op de hoogste berg van de Cevennes en op de top heb je minstens 20 dagen per maand windsnelheden van meer dan 58km/h en in de zomermaanden een gemiddelde van 12°
Na het bezoekje aan het station ( wat zelfs allemaal gratis was) keken we nog effe naar de lucht die elke seconde van uitzicht veranderde en dat maakt het allemaal heel verbluffend.
We reden langs de andere zijde terug naar beneden en we doken de Gorges de Tapoul in (ook geen aanrader voor de MH en zelfs verboden voor voertuigen langer dan 8m). Ook hier kregen we mooie panorama’s geserveerd.
Het was onze tweede rit in de Cevennes en onderweg verbaasden we ons van de ongelofelijke diversiteit
Na de Gorges was het nog 15km tot Florac. We hebben op deze rit 172,3km gereden en elke cm was de moeite meer dan waard.
De GPS-log en route kan je op G-Ti downloaden.
Eenmaal op de camping was het relaxen , eten, bbq-time en alles een beetje in orde zetten voor we gingen slapen want morgen waren we weg naar Saintes-Maries-de-la-Mer.
Normaal waren de plannen de Dordogne maar door de slechte weerkaarten werden deze plannen in de koelkast gestoken en andere er uit gehaald. We zullen na de Camargue wel terugkeren via de Provence.
Zaterdag 18 juni
Afstand : 167 km
Reisweg :
Florac (N106) – Alés (N106) - Nimes (D42) – St. Gilles (D37/D570) – St. Marie de la Mer.
‘s morgens werden we wakker onder het getik van de regen op het dak van de motorhome, het was buiten grijs, koud (max 18°) en er viel regelmatig wat regen. Dit zou 2 dagen duren aleer het terug zou beteren maar geen nood we waren voorbereid en reden naar Sainte-Marie-de-la-Mer.
Toen we daar aankwamen was het er 27°, licht bewolkt en toch zonnig. De juiste keuze zo nu blijkt, om naar hier te trekken.
Na installatie op de camping en wat platte rust in de zon, wandelde we via het strand naar het stadje.
Blijkbaar waren er tot 20 juni festiviteiten ( fête fotive ) en dat bracht een geweldige sfeer met zich mee. We kuierde door het stadje en deden er een terrasje.
We gingen ook eens op het dak van de kerk en kregen zo een mooi panoramisch zicht over de stad en de streek.
Tegen 19u waren we pas terug en na het eten deden we het rustig aan. Ook een duik in het zwembad behoorde nog tot de activiteiten.
We keken nog wat tv voor het slapen gaan.
Zondag 19 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
In de voormiddag deden we vandaag eigenlijk niet veel. We wandelde eens naar de monding van le petit Rhone ( 800m, heen en terug ) en voor de rest deden we het rustig aan.
Het zwembad werd voor het grootste deel van de tijd bezocht en rond 14u reden we met de fiets naar Phare de la Gacholle en terug (32km). Het was een mooi natuur dat we onderweg gepresenteerd kregen.
Klik op G-Ti om de GPS-track te downloaden.
En voor de tweede keer liepen we een koppel van campersite tegen die we al eens op een treffen waren tegen gekomen.
Rond 17u waren we terug en koelde we af aan het zwembad. Tegen 19u gingen we in het stadje eten, we zagen er zelfs een vlucht flamingo's overkomen.
En na het eten zagen we nog hoe de toreadors de stieren door de straten joegen. Steigerende paarden en briesende stieren, het was heel spectaculair om te zien en er hing een geweldige sfeer.
Hierna zijn we terug gereden naar de camping en keken we nog een beetje tv voor we gingen slapen.
Maandag 20 juni
Afstand : 0km
Reisweg : geen
Na het ontbijt gingen we in het stadje naar de markt en we keken ook naar de defile van de paarden.
Na de defilé gingen we een stukje eten en wat rusten. Hierna pakte we de motor en reden we naar Aiges Mortues.
Het was een zeer mooi stadje met veel winkeltjes. Heel toeristisch ingesteld.
We gingen er ook een megabangelijke snoepwinkel binnen, namelijk La Cure Gourmand. Hier was ongeloofelijk veel lekkers, en het winkeltje ( zeg maar gerust winkel ) viel echt op tussen de andere. Hier moet je zeker eens binnen gaan.
Hierna reden we terug naar St.Maries. We namen wel niet de direct maar we reden via de bac sauvage met de gratis overzet. (verboden voor MH).
Nog een duik in het zwembad alvorens we in de stad gingen eten en kijken naar de wilde paarden. Gisteren waren het de toreadors stieren die ze door het stad jaagde en nu de ruiters die de wilde paarden bijeen dreven. Weer spektakel gegarandeerd.
Na het eten wandelde we nog langs het strand en zagen we de zonsondergang.
Er was ook nog vuurwerk maar daarop wachtte we niet, het was een drukke dag geweest de muggen kwamen boven en we gingen terug om in de moby nog wat tv te kijken voor we gingen slapen.
Dinsdag 21 juni
Afstand : 139km
Reis weg:
St. Marie de la Mer (D570) – Arlés(D570n/D99) – Cavaillon (D938/D900) – Coustellet (D2) – Gordes (D15/D177/D4) Carpentras
Na Het ontbijt pakte we in vertrokken we richting Gordes. De weg verliep vlot tot in Gordes zelf waar er wat verkeersellende was door de plaatselijke markt, op de koop toe was de Acsi-camping waar we van plan waren om te gaan staan volledig volzet. We reden dan maar door naar Carpentras waar we na een vergissing van straat en een beetje verkeersstress toch op de plaatselijke camping terecht kwamen.
We deden het de rest van de dag rustig aan en buiten de was en de plas werd er niet veel uitgestoken, het was gewoonweg te warm.
’s Avonds zijn we nog tot in Carpentras gewandeld waar het fête de la musique bezig was.
We genoten er wat van de muziek en keerde daarna terug naar de moby waar we buiten nog genoten van de zwoele avond.
Woensdag 22 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
’s Morgens was het wisselvallig met af en toe zachte regen. We maakte er gebruik van om te gaan winkelen en voor de rest deden we het rustig aan. Na de middag klaarde het op en werd de motor klaar gezet om enkele Beaux Villages in de buurt te gaan bezoeken.
We reden eerst naar Venasque.
Het was een mooi stadje met zeer enge straatjes.
Je had er van boven ook een mooi uitzicht over de nabij liggende vallei en over de ventoux.
Daarna ging het richting Gordes.
Wederom een zeer mooi stadje tegen een heuvelrug met geweldige uitzichten. In de Beaux Villages mag je er natuurlijk zeker van zijn dat er heel wat toeristen rondlopen en het dus ook buiten het seizoen druk ( en duur ) kan zijn.
In het stadje vind je zeer mooie gebouwen.
Daarna reden we naar de Abbey de Senanque, deze lag midden de lavendel velden. De kleuren van de lavendel waren nog niet optimaal maar ze begonnen toch al de goede richting uit te gaan.
Na het bezoek (de abdij binnen in zelf deden we niet) reden we naar het laatste stadje van de dag namelijk Rousillon.
Ook wel de okerstad genoemd. En het was er weer meer dan de moeite waard.
Het was 18.30u toen we terug naar de camping vertrokken.
We reden over de cols des Murs en rond 19.15u waren we terug.
Klik op G-Ti om de GPS-log en route van de rit te downloaden.
Na het eten hadden we nog een relaxe avond, waar we nog nagenoten van al het moois dat we gezien hadden.
Donderdag 23 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
Zelfde tafereel als gisteren ’s morgens licht bewolkt met af en toe zeer zachte regen, dus klusjes in voormiddag en rustig aan voor de rest.
Na de middag vertrokken we voor een ritje met de motor. We reden richting Malaucène waar we begonnen aan de klim van de ventoux. Onderweg kregen we mooie bochtjes en uitzichten voorgeschoteld.
Eénmaal boven hielden we halt en wandelde we er rond. De top lag in de mist terwijl al de rest blauw zag, maar het gaf iets mysterieus. Het zag er uit alsof we op de een of andere planeet zaten.
Na het bezoekje aan de top reden we naar Sault, waar redelijk wat lavendelvelden waren.
Het stadje zelf stelde eigenlijk niet veel voor, maar de talrijke lavendelwinkeltjes en boeren waren wel de moeite om wat aankopen te doen.
Nadat we nog een lavendelijsje hadden gegeten werd onze neus richting Gorges de la Nesque gezet. Een mooie route langs een kloof waar onderin de rivier la Nesque liep.
De route is ook te doen voor de middelmatige motorhome (geen lange en zeker geen te hoge) maar je moet wel een beetje oppassen.
Eénmaal uit de gorges reden we via Mazan terug naar Carpentras. Het was weer een mooi ritje.
De GPS-log en route vind je op G-Ti.
Niet lang nadat we aan de moby waren aangekomen was de BBQ al aan het warmen voor een gezellige avond.
Vrijdag 24 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
Na het ontbijt vertrokken we naar de markt van Carpentras. Aan de camping stopt van 8u tot 15u elke 20 min een gratis navette om de markt te bezoeken, dat was wel handig. Op de markt keken we de ogen uit ons hoofd, zo groot was die markt.
Dat hadden we eigenlijk niet verwacht, er leek wel geen einde aan te komen. De kilometertjes werden gedaan en we probeerde zoveel mogelijk te zien.
We eindigde onze marktdag met een terrasje alvorens we terug gingen.
De rest van de namiddag deden we enkel nog de was en de plas, een duik in het zwembad en voor de rest nada, niks, rien de knots.
’s Avonds werd voor de verandering de BBQ nog eens aangestoken en keken we buiten wat tv met een goed glas wijn.
Zaterdag 25 juni
Afstand : 62km
Reisweg:
Carpentras (D938/D538) – Nyons (D941) – Valréas
Na het ontbijt pakten we alles in en waren we weg, terug een beetje dichter richting België. Maar niet veel hoor in Valréas hielden we halt voor onze laatste dag in het zuiden. Onderweg deden we ook boodschappen en op de middag waren we ter plaatste.
Na installatie op de camping en een duik in het zwembad gingen we Valréas verkennen.
We bezochten er de Tour Piret en de bijhorende kapel en we gingen ook eens in de kerk.
Het was een village fleurie en dat merkte we aan de vele bloempjes. We deden op de markt nog een terrasje en we wandelde eens langs de kermis die juist bezig was en daarna gingen we terug naar de camping.
Aan de camping waren verschillende lavendelvelden en die gingen we ook eens bekijken.
De rest van de avond was het relax, want het was een hete dag geweest.
Zondag 26 juni
Afstand : 354km
Reisweg :
Valréas (D941/D541/D133/N7) – Montelimar (D11/D86) – Serrieres (D86/D1086/D386) – St. Genis Laval (D342/D307/D306) – Villefranche sur Saône (D306/N6) – Chalon sur Saône (N73/D973) – Seurre
Vandaag was de dag dat we het zuiden achter ons lieten we trokken langzaam richting Belgie. Rond 10.30u waren we weg. We namen enkel departementale en nationale wegen, pèage was niet aan ons besteed want we keken graag rond ons om Ideetjes op te doen voor een volgende zitting.
Het was zondag en dan rijden we natuurlijk het liefste, geen grote drukte en geen vrachtwagens op de wegen.
De km’s schoven onder onze voeten en we volgende lange tijd de oevers van de Rhône richting Lyon, en we kwamen door mooie plaatsjes die in een later stadia zeker de moeite waard waren om te bezoeken. In Lyon zelf was het iets drukker maar het viel al bij al nog mee.
Ook na Lyon werden de nodige km’s afgemaald, onze rit eindigde ’s avonds rond 18.15u in Seurre aan de port de plaisance.
Na installatie op de camperplaats gingen we de omgeving van de plezierhaven verkennen.
En we verkende ook het stadje.
’s avonds genoten we nog van de zwoele avond alvorens we gingen slapen.
Maandag 27 juni
Afstand : 114km
Reisweg :
Seurre ( D973/D996) – Dijon (N274/D974/D674) – Langres (D283) – Champigny les Langres
Vandaag reden we door naar Langres, de stad behoord toe tot de 50 beaux villages van Frankrijk.
We plaatsen ons aan de port de plaisance Champigny.
Het was weer ontzettend heet vandaag, veel minder draaglijk dan in het zuiden.
We wandelde een klein beetje langs het kanaal om de buurt te verkennen.
Toen we terug waren was het effe platte rust en toen gingen we voor een fikse wandeling richting Langres. Het was serieus bergop naar het stadje maar het was meer dan de moeite.
We kwamen er op de remparts en vandaar had je dus een geweldig zicht over de hele omgeving.
En de wallen waren helemaal intact en hadden een omtrek van 3,5 km rond de stad, natuurlijk deden we die niet volledig. We trokken ook door de stad waar er regelmatig mooie gebouwen en monumenten te vinden zijn.
We gingen ook de kathedraal eens bezoeken, die meer dan de moeite waard was maar ze was wel sober voor een kathedraal ten opzichte tegenover andere kathedralen.
Hierna wandelde we terug naar de stadswallen waar we nog eens van het mooie uitzicht genoten,
Om daarna via de GR7 naar het kanaal te wandelen. Langs het kanaal wandelde we terug naar de moby.
Klik op G-Ti om de GPS-track van de wandeling te downloaden.
De rest van de avond genoten we van een lekker wijntje, voor we de bedstee opzochten.
Dinsdag 28 juni
Afstand : 187km
Reisweg :
Champigny les Langres (D74) – Neufchateau ( D164/D166/D966) – Ligny en Barrois (N135/D694/D994) – Venise (D35) – Laheycourt (D20/D2) – Les Islettes
De voorlaatste rit van onze vakantie, we reden naar Les Islettes waar er een stelplaats was.
Na installatie was het effe rusten en daarna gingen we een wandeling doen.
Het was weer veel te heet vandaag ( veel ondraaglijker dan de hitte in het zuiden) dus maakte we de wandeling niet overdreven lang.
Klik op G-Ti om de GPS-track te downloaden.
De rest van de avond genoten we buiten, tot er een warmte onweder uitbrak. Het zat er al een paar dagen aan te komen, die hitte kon niet blijven duren. Maar nu hadden we wel geluk dat de nacht veel dragelijker om te slapen was.
Woensdag 29 juni
Afstand : 0km
Reisweg : Geen
’s Morgens stonden we op onder een dikke laag mist, onze laatste dag vakantie leek een grijze dag te worden. Na het ontbijt deden we een aantal klusjes en werd ook de moto klaargezet voor een ritje langs allerlei belangrijke plaatsen uit de eerste wereld oorlog.
Onze eerste halte was de “tranche des baionettes”
Onze tweede halte werd “Ossuaire de Douaumont”
We kregen er ook een film te zien over de slag van Verdun, hier werd een mens stil van en zelfs de krop schoot in de keel. Wat een miserie hebben die mensen meegemaakt. De foto’s van de gezichten van de soldaten spraken boekdelen, het kippenvel overviel ons. En waar de haren helemaal van omhoog kwamen te staan was het feit dat de overblijfselen van de onbekende soldaat onder het monument staken ( er zouden overblijfselen liggen van 130.000 onbekende soldaten). We konden ze zelfs zien brrrrrr.
We gingen ook de toren op (in de toren zelf is een klein museum), maar jammer genoeg stonden de stellingen in de weg voor een goed zicht (de toren was in renovatie)
De kapel en de herdenkingshal was ook meer dan de moeite waard, overal namen en met moeite waren er leeftijden van boven de 25 jaar te vinden.
En dan de graven buiten, ontelbaar veel. Bij de slag van Verdun zouden op 10 maand langs beide zijden in totaal 720.000 doden gevallen zijn. Op deze begraafplaats zouden er zomaar eens even 16.000 soldaten begraven zijn..... ongelofelijk.
Als men dit allemaal tot zich nam dan kan je toch niet anders dan beschaamd te zijn over de pietluttigheden en onzin waar we ons nu in kwaad maakte. Een mens zou toch moeten leren uit de zaken die je hier voor ogen kreeg, maar tja ….. 22jaar later was het alweer prijs in europa. En dan zwijgen we over het geen wat er de dag van vandaag allemaal aan de hand is. Niks leert onze mensheid, die we eerder mensDOM zouden moeten noemen. Snik …..
We reden terug door en de volgende halte was het Fort Douaumont en het nabije slagveld.
We kochten er een combi-ticket (met ook toegang in het Fort Vaux) en bezochten het fort ook binnenin.
Na de binnenkant te bekijken, gingen we ook boven een kijkje nemen. Wat een zicht van hier, nu weten we waarom dit fort belangrijk was om de troepen beweging te gadeslagen.
We gingen weer verder en overal zagen we herdenkingsmonumenten, cassemats, loopgraven. De motor van ons beest werd niet aangejaagd….. in tegendeel….. we reden rustig mijmerend over wat was, uit respect voor alle slachtoffers die hier gesneuveld zijn. “De poort van de hel” zoals ze het hier zelf noemde. Een mens werd er heel stil van.
We stopten even aan de memorial van de “slag van Verdun” maar gingen niet binnen, het werd later en later en we moesten het Fort Vaux nog bezoeken.
We parkeerden ons aan Fort Vaux ( het was een kleiner maar moderner fort dan het vorige) en gingen binnen alles bezoeken.
Na het bezoek reden we naar Verdun, en ook hier kon je ode aan hun helden zien. Buiten dat was het ook eens een stad die een bezoekje waard was.
Na een terrasje zagen we dat het al laat werd, en er was geen tijd meer om de citadelle van Verdun te bezoeken. Dit zouden we houden voor een volgende zitting, want er waren hier nog meer plaatsen te bezoeken in verband met de eerste wereld oorlog. Via mooie wegjes reden we terug.
Klik op G-Ti om de GPS-log en toer van deze motortocht te downloaden.
Rond 19.15u waren we terug en moesten we beginnen aan ons eten, we waren de zuiders gewoonte van laat eten reedsgoed gewoon. De rest van de avond genoten we nog van een goed glas pastis en mijmerde over alles wat we op deze vakantie gezien hadden.
Donderdag 30 juni
Afstand : 239km
Reisweg :
Les Islettes (haute chevauchée/D38/D946/D998) - Dun sur Meusse (D964/N58/N89) - Bouillon (N89/N899/oprit23a op E411/E411) - Namen (afrit 13/N91/N29) -Tienen (E40) - Boutersem - Lubbeek
Na het ontbijt ruimde we alles op. Het zat er weer op voor dit jaar, ons groot verlof was goed geweest en met gemengde gevoelens reden we naar huis.
De tijd is gevlogen en ons drie weken durend verlof voelde aan als een verlengd weekend, zo snel was het gegaan.
We waren nog steeds verbaasd over de grote diversiteit in streken die je in Frankrijk aantreft.
We hadden er allezins spijt van dat het verlof weer om was, maar niet getreurd want we kunnen weer aftellen naar volgend jaar.
Alle poi's van de stelplaatsen en acsicampings alsook de GPS-logs en GPS-routes kun je op G-Ti downloaden.
De gebruikte GPS is een Garmin Nuvi 765 en de instellingen van de routes staan op snelste weg met het vermijden van onverharde wegen en tolwegen.
De totale afstand dat we met de motorhome hebben gereden bedraagt 2271km.
hopelijk hebben jullie even veel plezier (en tips) aan het lezen van dit verslag zoals wij hadden om het te beleven.
Groetjes
Patrick & Carla
Klik hier voor het overzicht van onze grote trips