Jülich 9-11/3/'18 (Eifel)
-
- Beheerder
- Berichten: 336
- Lid geworden op: 05 dec 2023, 19:49
Jülich 9-11/3/'18 (Eifel)
Vrijdag 9 maart '18
Na het einde van de werkdag maakte we ons op om naar Jülich in Duitsland te rijden. Ze gaven overal regen en we hadden gekozen voor de plaats met de minste regenintensiteit. We zien wel hoe het uitkomt, we zijn er in het verleden van afgestapt om alles op te schorten en/of te panikeren vanaf de moment dat de meteo slecht weer geeft. Je komt hier trouwens in ons Belgenlandje en bij de buren nergens als je enkel en alleen maar reist als het goed weer is.
Rond 20u kwamen we in Jülich aan op de stelplaats van het Brückenkopfpark.
Na installatie deden we het rustig aan met een goed boek en wat muziek voor we ons bedje inkropen.
Zaterdag 10 maart '18
Na het ontbijt gingen we met vrienden die daar ook waren voor het weekend naar het centrum.
De geschiedenis van Gulik, nu de Duitse stad Jülich, gaat terug tot de Romeinen, die aan de rivier de Roer de nederzetting Juliacum stichtten. Later vestigden de Franken zich er en werd Gulik de hoofdplaats van een gouw, de Gulikgouw. Rond 900 werden het ambt en de titel van graaf erfelijk, nog later werd het een hertogdom.
Zaterdagmorgen is er een klein marktje in de verkeersvrije straatjes.
In de Romeinse tijd was Juliacum een halteplaats aan de heirbaan Boulogne-Keulen. Jülich was gedurende de middeleeuwen en het begin van de moderne tijd de hoofdstad van het belangrijke hertogdom Gulik een tot de Nederrijns-Westfaalse Kreits behorend hertogdom binnen het Heilige Roomse Rijk. Het omvatte een gebied langs de Roer, tussen het gebied van de bisschop van Keulen en die van Luik, direct grenzend aan het huidige Nederlands Zuid-, Midden- en Noord-Limburg. Het had ongeveer de omvang van het westelijk van Limburg gelegen prinsbisdom Luik. Het oude hertogdom Limburg en de (Brabantse) landen van Overmaas lagen dus ingeklemd tussen deze beide 'buitenlandse' gewesten. Door zijn ligging en omvang zou dit kreits-grensland dan ook gezien kunnen worden als een Nederrijnse voorloper of pendant van de huidige Nederlandse provincie, die toen zelf nog verre van een eenheid vormde. Ook taalkundig sluit het geheel bij Limburg aan. De Limburgse dialecten lopen aan de oostzijde over in de Nederrijnse.
Onze voornaamste bezigheid deze voormiddag was wat rond kuieren en het innerlijke vochtpeil op niveau houden.
We zijn hier al redelijk bekend dus kennen we de plekjes waar je moet zijn.
Rond het middaguur waren we terug aan de moby waar we alle tijd namen voor ons middageten.
Het was vandaag warm voor de tijd van het jaar, wel zeker 16°, ja ja de lente komt er aan en dat kan je voelen.
We gingen dus Rond 13.30u voor een wandeling naar de Barmener Baggersee, en dat de lente zich aankondigt kan je al zeker merken aan de plaatselijke fauna & flora.
De wandeling bracht ons langs de rivier de Roer oftewel de Rur zoals de Duitsers ze noemen.
De Roer ontspringt op ongeveer 660 meter boven NAP in de Hoge Venen, nabij het hoogste punt van België, Botrange, op het grondgebied van Sourbrodt, een deelgemeente van Robertville, in de Waalse provincie Luik. Ze stroomt zuidwaarts en daarna oostwaarts en na 15 km over Belgische bodem over de Duitse grens en dan noordwaarts naar en door Monschau. Er voegen zich over die afstand veel beken bij de Roer, zodat ze een steeds groter debiet krijgt.
De landelijke omgeving was speciaal maar heel mooi om te zien.
Rond de Barmener Baggersee wandelde we bijna helemaal rond.
En onderweg kom je natuurlijk weer heel wat moois tegen.
Na 2/3de van de wandeling kregen we een lichte regenval over ons, het eerste van de dag, niet veel maar genoeg om de camera niet meer boven te halen. In de Jufa aan het Brückenkopfpark dronken we nog wat voor we terug naar de moby trokken en zo zat onze wandeling van 11km er weer op.
De Gps-track van de wandeling kan je op MRA en op G-Ti downloaden.
De rest van de avond deden we het rustig aan tussen pot en pint totdat het bedtijd was.
Zondag 11 maart '18
Het weer zag er deze morgen een stuk minder uit. Welke richting gaat het uit, dat was de hamvraag met zo een lucht. We besloten van te gaan wandelen aan de Tagesbau Inden en we zouden ons wel wapenen met de paraplu dan.
We reden dan ook naar één van de wandelparkings aan de Tagesbau, waar we al onmiddellijk van het uitzicht konden genieten.
Tagesbau Inden in de Duitse gemeente Inden (Noordrijn-Westfalen), is een bruinkoolmijn van RWE in het Rijnlands bruinkoolgebied. De bruinkool wordt door middel van dagbouw gedolven over een oppervlakte van 4.500 hectaren. Deze bruinkool wordt gebruikt in de nabijgelegen elektriciteitscentrale Weisweiler.
De winning is in 1957 door de bruinkool- en brikettenfabriek Roddergrube AG begonnen, maar lag tussen 1969 en 1981 stil.[1] In 1990 is een groot deel van het dorp Inden verdwenen ten behoeve van deze winning. Het dorp is vernoemd naar de rivier Inden, waarvan de rivierbedding verlegd werd. Ook het dorp Altdorf is verdwenen, bewoners kregen een onderkomen in het nieuwe dorp: Inden/Altdorf. De open put heeft twee delen: Inden I en Inden II.
De wandelschoenen werden al gauw aangesnoerd en weg waren we, natuurlijk met de bruinkoolmijn in de nabijheid doet de omgeving een beetje industriëler aan, maar het heeft allemaal wel iets.
En toch blijft er hier nog natuur genoeg over om van te genieten.
Onze wandeling bracht ons ook voorbij de grosser Indemann, een 36m hoge robot uitkijktoren die gratis te beklimmen is.
Van boven op de toren heb je een heel mooi zicht op de streek.
In het plaatselijk cafetaria dronken we nog iets voor we het laatste stuk naar de moby aanvatte.
En zo kwam onze wandeling van 9km tot een einde.
De Gps-track van de wandeling kan u op MRA en op G-Ti downloaden.
En onze paraplu, die hebben we niet moeten gebruiken, beter nog de zon kwam er zelfs door.
Rond 14.30u ruimden we op en reden we huiswaarts, het was weer een leuk en vooral redelijk droog weekend geweest ondanks de voorspellingen.
Klik hier voor het overzicht van de kleine trips